Perzische keuken
Het merendeel van de Perzische gerechten bestaan uit een mix van rijst met kip, rundvlees of vis en uien, groenten, noten en kruiden. Maar ook fruit wordt bij elke maaltijd gegeten, met dan vooral pruimen, granaatappels, abrikozen en rozijnen. Ofwel puur of gemengd in een yoghurt of smoothie, al naargelang het seizoen.
Tijdens het middageten worden vooral verse niet-pikante kruiden, platte broden (naan), panir (vergelijkbaar met feta), komkommer, tomaten, uien, yoghurt, citroensap en augurken gegeten.
Verse groenten en fruit zijn niet weg te slaan uit de Perzische keuken. Wanneer vers fruit niet kan, dan zijn er nog altijd de gedroogde fruitsoorten, zoals dadels, vijgen, citrusvruchten, abrikozen, perziken, zoete en zure kersen, appels en pruimen.
Uiteraard zijn ook groenten goed bedeeld op de verschillende borden die tijdens een maaltijd op tafel gezet worden. Meest geserveerd zijn pompoen, spinazie, groene bonen, tuinbonen, courgettes en tomaten, maar de populairste onder de groenten is ongetwijfeld de aubergine, ook wel 'de aardappel van Iran' genoemd.
De Perzische keuken heeft altijd een subtiel smaakpalet: geen pittige pepers maar veel milde smaakmakers zoals oranjebloesem, saffraan en gedroogde limoen. Kenmerkend voor de Iraanse gerechten is dat ze vaak zure en zoete ingrediënten bevatten die goed in balans zijn.
Het lijkt duidelijk: de Perzische keuken is erg veelzijdig en gezond. Een traditie die nog steeds in eer wordt gehouden, waarbij de hoeveelheid en moeite tijdens het koken als een graadmeter van de relatie wordt aanzien. Want hoe meer en ingewikkelder het eten, hoe dichter je emotioneel bij de keukenprinses staat.